Alcohol - Werking

Feiten

Werking

Alcohol heeft een verdovende werking op de hersenen. Hoe meer alcohol, hoe groter het verdovende effect.

Gewenste effecten:

  • ontspanning
  • vrolijk, blij, opgewekt, energiek gevoel
  • makkelijker praten, losser, vrijer, minder geremd
  • gevoel van meer zelfvertrouwen
  • minder pijn voelen

Ongewenste effecten:

  • zelfoverschatting, roekeloosheid
  • minder goed situaties inschatten
  • coördinatie spieren neemt af, spieren verslappen, waardoor iemand bijvoorbeeld makkelijker valt
  • reactiesnelheid neemt af
  • concentratie neemt af
  • tunnelvisie: minder goed kunnen zien wat er links en rechts gebeurt, dat is gevaarlijk in het verkeer
  • niet uit woorden kunnen komen, met dubbele tong praten, lallen
  • misselijkheid, overgeven, duizeligheid
  • grensoverschrijdend gedrag
  • agressie
  • verminderd geheugen, in ernstige gevallen een black out: stoornis van het korte termijngeheugen waardoor iemand zich niet of maar gedeeltelijk (gray-out), herinnert wat er is gebeurd
  • bewusteloosheid, in het ernstigste geval overlijden

Dosering 

Alcoholische dranken hebben verschillende sterktes. In bier zit meestal 5% alcohol, in wijn 12% en in wodka 40%. Elke alcoholhoudende drank heeft zijn eigen ´standaardglas´. Hoe hoger het alcoholpercentage, hoe kleiner het glas. Op deze manier is de hoeveelheid alcohol die men binnenkrijgt gelijk, namelijk ongeveer 10 gram alcohol. De meeste mensen die thuis wijn inschenken, schenken meer dan 100 ml in een glas. Ook bij zelf mixen drink je vaak meer, dan bij bijvoorbeeld een rum-cola in de horeca. Speciaal bier bevat meer alcohol. Een blik of flesje is groter dan een standaardglas.
Het komt dus vaak voor dat mensen meer drinken dan een standaardglas.

Het effect van alcohol hangt voor het grootste deel af van de hoeveelheid. Maar daarnaast spelen bij het effect ook andere factoren een rol, zoals: snelheid van drinken, lichaamsgewicht, lengte, geslacht, leeftijd, hormonen, gewenning, lichamelijke gezondheid, medicijngebruik en een volle of lege maag.

De kater

De kater ontstaat door:

  • uitdroging door vochtverlies
  • aantasting van het maagslijmvlies
  • de werking van de afbraakproducten van alcohol
  • de invloed van foezelalcoholen

Uitdroging

De belangrijkste oorzaak van een kater is uitdroging. Hierdoor krijgt men een droge mond, hoofdpijn en een slap gevoel. Alcohol zorgt voor vochtverlies: vaker en meer plassen én er zit meer water in de urine. Dat laatste komt doordat alcohol de aanmaak van een hormoon tegenwerkt: ADH (antidiuretisch hormoon). Normaal zorgt dit hormoon ervoor dat de nieren water uit urine halen, voordat dit het lichaam verlaat. Door alcohol werkt dat niet goed en blijft er meer water in de urine zitten.

Maagslijmvlies

Alcohol is een bijtende stof. Maagslijmvlies beschermt de maag tegen maagzuur. Alcohol kan het slijmvlies in maag en darmen irriteren en beschadigen. Hierdoor kun je last krijgen van misselijkheid, overgeven en maagzuur.

Aceetaldehyde

De lever breekt alcohol af. Daarbij ontstaat een giftige stof: aceetaldehyde. Aceetaldehyde is een tussenproduct in de afbraak van alcohol. Het wordt in een aantal stappen in het lichaam omgezet in de onschadelijke stof acetaat. Aceetaldehyde kan zorgen voor een giftige reactie in het lichaam. Zo zorgt het bijvoorbeeld voor misselijkheid en hartkloppingen.

Foezelalcoholen

In alcoholhoudende dranken zitten naast alcohol (ethanol) ook nog andere soorten alcohol. Deze andere soorten alcohol heten foezelalcoholen. Foezelalcoholen zijn giftig. Het lichaam breekt ze langzamer af dan ethanol. Daardoor zitten foezelalcoholen de volgende dag nog in het bloed en kunnen ze voor een kater zorgen.
 

Laatste update: 4 september 2023

Risico's

Tips